Het oerbos is uit Nederland verdwenen maar toch bestaat Nederland voor 11% van de oppervlakte uit bos. Hoe kan dat? Tot 1900 werden veel bomen gekapt voor bijvoorbeeld scheepsbouw, brandhout, bouw van huizen, zonder er nieuwe voor terug te planten. Spontaan uitgezaaide boompjes werden opgevreten door schapen. Maar bos en hout bleven nodig. Eerst waren er vooral particuliere grondeigenaren die bos plantten. Maar vanaf eind 19e eeuw zorgden de Heidemaatschappij en Staatsbosbeheer dat er weer steeds meer bos en bomen in Nederland kwamen. Generaties boswachters hebben dit bos steeds afwisselender en aantrekkelijker gemaakt. Dankzij dit werk kunnen we nu niet alleen goed hout uit het bos halen maar wordt het ook steeds waardevoller voor de natuur waar wij ook volop van kunnen genieten. Ook nu zorgen we ieder jaar voor honderden hectares nieuw bos.
Elk jaar groeit een boom, dat kun je zien aan de jaarringen. In de lente en zomer groeit een boom snel en maakt hij een brede, meestal lichtbruine ring. In de herfst en winter groeit een boom minder snel en maakt hij een dunnere donkere ring. Deze 2 ringen samen vormen één jaarring. Tel bij de afgezaagde stam de jaarringen. Hoe oud was deze boom? Kijk op de achterkant van de stam hoe oud de boom was. Had je dat gedacht?