Nieuws
Op 2 februari is het Wereld Waterlandendag, met dit jaar als thema 'Wetlands en water'. Op dit moment leven er wereldwijd 4 miljard mensen in steden. Wetlands dragen bij aan het leefbaar houden van die vaak overvolle stukjes land. De natte natuurgebieden vormen een klimaatbuffer; ze spelen een rol bij de waterzuivering en ze geven de stadsbewoner recreatieruimte.
‘Wetlands’ is de Engelse verzamelnaam voor waterrijke gebieden als moerassen, rivieren, meren en ondiep zeewater. Terwijl ze op wereldschaal relatief een klein oppervlakte hebben en dus zeldzaam zijn, zijn ze van levensbelang voor het wereldwijde ecosysteem. Om wetlands te beschermen, werd in 1971 in de plaats Ramsar in Iran door 168 landen de VN-wetlandsconventie ondertekend. Het is de oudste internationale, multilaterale overeenkomst over milieubescherming.
Wereldwijd vallen ruim 2000 wetlands onder het verdrag. In Nederland gaat het om 54 natuurgebieden waaronder de Waddenzee, het IJsselmeer, de Biesbosch en de Oostvaardersplassen. In totaal beslaan de Nederlandse gebieden een oppervlakte van ruim 900.000 hectare. De afwisseling van droog en nat trekt veel vogels en roofdieren aan, wat voor een grote biodiversiteit zorgt. Veel vogels zijn afhankelijk van deze watergebieden. Als broedplaats, om te overwinteren en om er eten te zoeken.
Wetlands zorgen voor een natuurlijk evenwicht. Bij overstromingen nemen ze het overtollige water op en bij droogte wordt er juist water afgegeven. Dit jaar werd dat in Nederland goed zichtbaar toen voor het eerst in jaren erg hoge waterstanden soepel konden worden opgevangen door de breder gemaakte uiterwaarden, bijvoorbeeld in de Millingerwaard bij Nijmegen en de Noordwaard bij de Biesbosch. Staatsbosbeheer werkt hier nauw samen met Rijkswaterstaat.