Nieuws
In het bos strijden de bomen voortdurend om licht en ruimte. Wil je de ene boom helpen, dan moet een andere sneuvelen. Hoe bepaal je welke bomen gekapt moeten worden? En hoe doe je dat veilig, met zo min mogelijk schade voor planten en dieren? Vier vakmensen vertellen erover.
Bossen zijn multifunctioneel: recreatie en bescherming van de natuur gaan er hand in hand met houtoogst. Sinds de aanplant van de bossen rond 1900 is beheer nodig om ze te ontwikkelen tot aantrekkelijke bossen. Daarnaast zorgen we voor nieuwe generaties bomen zodat het bos in de toekomst ook goed hout levert. Gedurende het hele jaar wordt er hout geoogst uit de bossen van Staatsbosbeheer, waarbij we ervoor zorgen dat we altijd minder oogsten dan er bij groeit. Om niet overal tegelijk bezig te zijn met houtoogst worden de bossen opgedeeld in ‘werkblokken’. Elk werkblok komt eens in de vijf jaar aan de beurt. De bosbeheerder of boswachter van Staatsbosbeheer selecteert binnen zo’n blok welke bomen er gekapt moeten worden. Die bomen worden geblest; ze krijgen een markering. Wat er met de gekapte bomen gebeurt, is afhankelijk van de kwaliteit ervan. Staatsbosbeheer vindt duurzaamheid belangrijk en zoekt voor het hout altijd de beste bestemming, bijvoorbeeld in de meubelmakerij. De inkomsten van het hout worden vervolgens weer gebruikt voor natuurbeheer.