Terug

Nieuws

Opruimen drugsafval gaat ten koste van investeren in de natuur

  • 18 augustus 2022
  • Recreatie
  • Leestijd 3 minuten

“We hebben in Noord-Brabant dit jaar al twee dumpingen van drugsafval in onze gebieden gehad. Kostenpost: 150.000 euro. Doodzonde.” Alwin Brandt is boa-coördinator Noord-Brabant bij Staatsbosbeheer. In onze gebieden is dit jaar tot nu toe al tien keer dumping van synthetisch drugsafval gemeld en 39 keer van hennepafval. De kosten voor het opruimen liggen nog steeds grotendeels bij de terreineigenaar.

Een dumping van drugsafval in juli van dit jaar waarbij een vrachtwagentrailer in brand is gestoken.

Rare geur

Als boa-coördinator houdt Alwin zich, naast de gewone boa-taken, vooral ook bezig met de afstemming met alle partijen waarmee de boa’s samenwerken, zoals politie, brandweer, provinciale boa’s en gemeenten. “Juist bij drugsafvaldumpingen zijn die samenwerkingen heel belangrijk om snel op de juiste manier te kunnen handelen.” De dumping in januari van dit jaar in het Liesbos bij Breda, laat zien waarom die goede samenwerking nodig is. “Wandelaars attendeerden ons erop dat er een rare geur hing bij een parkeerplaats. Tja, dan weet ik eigenlijk al dat het weer raak is. Ik ben er toen direct heen gegaan, heb brandweer en politie ingelicht en ervoor gezorgd dat de wandelaars uit de buurt bleven. Want die chemicaliën zijn niet alleen een ramp voor de natuur, maar natuurlijk ook hartstikke giftig voor mensen. Vervolgens hebben we ook het waterschap ingelicht, de onderliggende watergangen bleken namelijk eveneens besmet. En natuurlijk schakelden we snel een saneringsbedrijf in. Hoe sneller alles is opgeruimd, hoe minder schade aan de natuur. Zo’n saneringsbedrijf is gespecialiseerd in het opruimen van giftige stoffen. Zij graven – in beschermende kleding en met maskers – zoveel grond af als nodig. Bij het afgraven bleek dat er al langer giftige chemicaliën dieper de bodem in drupten. Het was dus niet de eerste keer dat op deze plek was gedumpt.”

Grote schade

In dit geval werden er geen vaten met synthetisch drugsafval in de natuur gedumpt. Hier hebben ze het vloeistof waarschijnlijk uit een grote tank in bijvoorbeeld een bestelbusje, zo in de grond laten lopen. Zo’n dumping valt minder op en dan is er het gevaar dat het langer duurt voordat hij ontdekt wordt. De giftige stoffen hebben dan langer de tijd om zich te verspreiden. Met meer schade aan de natuur en hogere opruimkosten tot gevolg. En de schade aan de natuur is aanzienlijk. “Alles wat groeit en bloeit is direct dood”, zegt Alwin. “Als je niks zou doen, blijft de aangedane plek jarenlang een kale plek. En dat is nog het deel dat je ziet. Al het gif dat in het grondwater terecht is gekomen, wordt in de hele omgeving verspreid. Met alle gevolgen van dien voor de planten en de daarvan etende dieren. Daarom is het ook zo’n ramp als we zo’n plek niet snel genoeg ontdekken.”

Ontploffing

In juni was de tweede dumping in Staatsbosbeheer-gebied en in juli bijna de derde. In juli is een vrachtwagentrailer met grote duizend liter-tanks drugsafval in brand gestoken en ontploft. De brokstukken vlogen tot zo’n vijfhonderd meter in het rond. De brandweer was snel na de ontploffing ter plaatse en die schakelde onder meer Staatsbosbeheer in. Alwin: “We hadden geluk. Uiteindelijk bleek de dumping net een meter naast ons terrein te zijn. Dat maakt dat wij niet opdraaien voor de kosten. En dit was een dure. De saneringskosten bedroegen twee ton. Het is natuurlijk gek dat we er op die manier naar kijken, dat we vinden dat we geluk hebben als het niet op ons terrein is. Maar zo is het wel. Want al dat geld dat we aan sanering besteden, kunnen we niet besteden aan waar het voor bedoeld is: de natuur. Dat maakt dit soort acties zo enorm frustrerend.”

Vergoeden kosten

In 2021 trof de politie meer dan tweehonderd dumpingen van chemisch drugsafval dat overblijft bij de productie van synthetische drugs zoals xtc. De terreineigenaar is verantwoordelijk voor het opruimen van het afval en betaalt de daarbij horende kosten. De overheid vergoedt per geval maximaal 25.000 euro van de kosten. De kosten bedragen gemiddeld rond de 75.000 à 100.000 euro per keer. In mei is hierover een debat in de Tweede Kamer geweest. Daaruit blijkt dat de meeste Kamerleden vinden dat een ruimere vergoeding nodig is, zodat grondeigenaren niet voor de kosten opdraaien.

Meer over dit onderwerp