Grotelsche heide en De Biezen zijn twee natuurparels in Zuidoost-Brabant. Op de Grotelsche heide vind je de kronkelende Esperloop, die uitmondt in de Snelle Loop. De beek wordt gevoed door de Peelrandbreuk, die loopt van Roermond tot ’s-Hertogenbosch. Hier komt kwelwater omhoog uit de diepe ondergrond en het water van de beek is dan ook heel schoon. Op sommige plekjes zie je een olieachtig laagje op het water. Dat is geen olie, maar het zijn ijzerbacteriën, die leven van het ijzer dat in het kwelwater zit. Het ijzer kleurt de beek ook oranje.
De naam De Biezen verwijst naar de reusachtige grassen, ook wel cypergrassen die vroeger massaal voorkwamen op de moerassige grond langs de Ymelbeek. Deze enorme grassen, zoals mattenbies en ruwe bies, werden gebruikt voor het vlechten van matten. Rondreizende kunstenaars vertoonden hun kunsten op deze matten en bewaarden er hun boeltje in. De term ‘de biezen pakken’ duidt op het oprollen van die matten, zodra ze weer vertrokken.
Staatsbosbeheer houdt zoveel mogelijk kwelwater vast in het gebied. Dit trekt bijzondere planten en dieren aan zoals eikenpage, moerassprinkhaan, elzenzegge en kleine karekiet. Omdat water hier de ruimte krijgt, kan het op de Grotelsche heide plaatselijk erg nat zijn in herfst en winter. Denk dus aan laarzen of waterdichte schoenen. Via knuppelbruggetjes kun je de natte delen van De Biezen trotseren.