Vroeger vormde het Haringvliet een open verbinding tussen Noordzee en Rijn en Maas. Dat veranderde toen in 1970 de 4,5 km lange Haringvlietdam werd voltooid. Het zoute water en getij konden het Haringvliet niet langer bereiken. Dat zorgde voor ingrijpende ecologische veranderingen. Veel kustvogels, trekvissen en deltaplanten als zeekraal, lamsoor en zeeaster verdwenen. Ook zoutwatervissen, schelp- en schaaldieren overleefden de overgang naar brak water niet.
In 2018 gingen de Haringvlietsluizen op een kier en begon het herstel van de deltanatuur. Boswachter Thomas van der Es: “Een groot deel van de oevers en broedplaten rond het Haringvliet is in eigendom van Staatsbosbeheer. Daarom werken wij vooral aan het verbeteren van de broedomstandigheden voor kustvogels en maken we nieuwe paaiplekken voor vissen.”
Rond het Haringvliet, de zoete zeearm in het zuiden van Zuid-Holland, vind je overal grasgorzen: buitendijkse gebieden die te nat zijn voor de akkerbouw en daarom als weidegrond worden gebruikt. Deze grasgorzen hebben een belangrijke functie voor de opvang van ganzen en als broedgebied voor weidevogels. Vanaf de buitendijken van het Haringvliet kun je volop genieten van het uitzicht over het water en de vogels. Bijna het hele jaar zijn er honderden en soms duizenden te zien.
De Ventjagersplaten liggen in het oostelijk deel van het Haringvliet, ten noorden van de Hellegatsdam. Op de platen broeden lepelaars, aalscholvers en dwergsterns en sinds kort de kleine zilverreiger. In de nazomer zitten er soms meer dan duizend knobbelzwanen, die hier komen om te ruien. Visarenden doen de Ventjagersplaten op doortrek aan om vis te vangen en aan te sterken, en in de winter worden hier regelmatig zeearenden gezien. Vanaf de Vogelboulevard Hellegat-Ventjager heb je prachtig zicht op al deze vogels.
De Slijkplaat ligt middenin het Haringvliet, ten zuiden van Hellevoetsluis. Het gebied herbergt een grote broedvogelkolonie met soorten als kokmeeuw, visdief, grote stern en – sinds eind vorige eeuw - brandganzen. Bijna ieder jaar broeden er ook zwartkopmeeuwen op Slijkplaat en dat is heel bijzonder. De zwartkopmeeuw broedde van oorsprong rond de Zwarte Zee maar heeft zijn broedgebied de laatste decennia flink uitgebreid. Nederland ligt op de rand van het huidige broedgebied.
Midden in het Haringvliet ligt het vogel- en viseiland Bliek. Het eiland is ongeveer drie ha groot. Een groot deel van het eiland blijft boven water en ongeveer 0,5 ha is intergetijdengebied. Naast broedgelegenheid voor kustvogels, is er ook ondiep water langs het eiland. Dit zijn paaiplaatsen voor vissen. Recreanten met een boot kunnen naar een bijzondere vogelkijkhut op het eiland. Het eiland werd aangelegd door het Wereld Natuur Fonds in 2018 en is vernoemd naar een jonge haring. Staatsbosbeheer gaat dit eiland in de toekomst beheren samen met het Hoekschewaards Landschap.