In Nationaal Park De Maasduinen werkt Staatsbosbeheer samen met de gemeente Bergen, het Limburgs Landschap en particuliere grondbezitters. Alle beheerders zijn bezig met het omvormen van de naaldbossen naar loofbossen. Loofbossen horen hier oorspronkelijk thuis en ze zijn ook veel rijker aan planten en dieren. In het bos mag dood hout blijven liggen. Schimmels, torren en spinnen doen zich er tegoed aan. Dat het goed gaat met het bos, vertellen de vele zangvogels. Op zomerse avonden laten zanglijsters, fluiters en goudhaantjes flink van zich horen.
Het Bergerbos en Bleijenbeek vormen het noordelijke deel van Nationaal Park De Maasduinen. In Afferden heeft Staatsbosbeheer een 8 kilometer lange route door het Bergerbos uitgezet. Deze voert over de glooiende rivierduinen, afwisselend door naald- en loofbos en langs verstilde vennetjes als het Zevenboomsven en het Esven. Schotse Hooglanders en Nederlandse landgeiten worden hier ingezet om de heide te begrazen. Bijzonder zijn de grote hoeveelheden grijs kronkelsteeltje die hier groeien. Dit donkergroene bladmos is beter bekend als tankmos, het kwam naar Nederland tussen de rupsbanden van de geallieerde tanks, die in 1944 het zuiden van ons land bevrijdden.
In het gebied vind je ook de ruïne van kasteel Bleijenbeek. Deze versterkte boerderij uit de 14e eeuw groeide uit tot een kasteel. In 1945 viel Bleijenbeek ten prooi aan een bombardement. In de ruïne woont een vleermuizenkolonie. De naam van het vroegere kasteel komt van blije = heldere beek.