Het Maasheggenlandschap van de Oeffelter Meent, nabij Boxmeer, is door de tijd heen nauwelijks veranderd. De grond is sinds 1400 eigendom van de Kruisheren van het klooster St. Agatha. Boeren uit de omtrek pachtten de grond en hielden de kenmerkende meidoorn- en sleedoornheggen in stand als veekering. Ook elders in de uiterwaarden hebben zulke heggen gestaan, maar deze zijn bijna allemaal gerooid: honderden, zo niet duizenden kilometers in een eeuw tijd. De heggen, kavels en zandwegen van Maasheggen doen nu nog steeds middeleeuws aan.
Voor vogels is de Oeffelter Meent een paradijs: ze vinden hier voedsel, nestgelegenheid en beschutting in overvloed. Ook dassen voelen zich hier thuis. ’s Nachts komen ze uit hun burchten, die meestal wat hoger en droger liggen. Langs heggen en bosranden lopen ze de uiterwaarden in om hun geliefde lekkernij te zoeken: regenwormen.
UNESCO heeft de Brabantse Maasheggen aangewezen als biosfeergebied. Biosfeergebieden zijn gebieden met een speciale status waar mens en natuur samenkomen.
De Maasheggen is het oudste cultuurlandschap van Nederland. Karakteristiek door de verdeling van het landschap is een groot aantal kleine landbouwpercelen, gescheiden door meidoornheggen. Met deze statustoekenning zijn de Maasheggen onderdeel van een wereldwijd netwerk van meer dan 650 UNESCO biosfeergebieden. De Maasheggen is het enige biosfeergebied in Nederland.