Natuurgebied

Noord-Limburg

Een heuvelachtig landschap, met natte hellingbossen en heide. Noord-Limburg doet niet onder voor zijn zuidelijke broertje!

Over Noord-Limburg

Door invloed van de Maas, maar ook de wind, is in Noord-Limburg op een klein oppervlakte een bont en gevarieerd landschap ontstaan. Dat zie je terug in de planten- en dierenwereld van het Schuitwater. Hier komen veel soorten voor die elders in Limburg zeldzaam of verdwenen zijn. Dat geldt voor planten, insecten, libellen maar ook voor korstmossen en paddenstoelen. Zo wordt maar liefst tweederde van alle Nederlandse dagvlindersoorten in het Schuitwater aangetroffen, waaronder de kleine ijsvogelvlinder en de bruine eikenpage.

Het is ook de plek waar de werelden van de das en de bever met elkaar verweven zijn. In het najaar van 2003 zijn er 2 bevers uitgezet. De beverfamilie die hieruit is voortgekomen heeft meerdere dammen en burchten gebouwd en zo het gebied naar hun hand gezet. Knaagsporen aan bomen en ronddrijvende wortelstokken van de gele plomp zijn de stille getuigen van hun aanwezigheid.

Schadijkse Bossen

Begin 19de eeuw was in de wijde omtrek van de huidige Schadijkse Bossen geen bos te bekennen. Vanaf Meterik tot aan de Peel trof je er een uitgestrekte vlakte, met zogenaamde woeste gronden bestaande uit heide, ruigte en stuifduinen. Het dorp Meterik was aan de westzijde geheel omringd door heidevelden met sprekende namen als: Schaaks Laege Heyde, Schaaks en Metericksche Heyde, Peelsche Heyde en Hegelsomsche Heyde. Herders met hun schapen vierden hoogtij in die dagen. Overbegrazing en het steken van heideplaggen voor de potstal zorgden ervoor dat op sommige plekken de heide volledig verdween. Zo ontstonden open vlaktes met stuifzand. De wind kreeg grip op het fijne zand en zorgde ervoor dat dit volop ging stuiven.

Om overlast van het stuivende zand in de omliggende dorpen te voorkomen en om aan de groeiende vraag naar stuthout voor de kolenmijnen te voldoen, werden vanaf het einde van de 19de eeuw langzaam maar zeker de heidevelden ingeplant met dennen. Zo ontstonden de Schadijkse Bossen en die bossen leveren nog steeds alleen een belangrijk bijdrage aan de productie van hout. Hout voor papier, balken, planken, plaatmateriaal maar ook voor de opwekking van energie. Daarom rijden er regelmatig grote machines in het bos, die bezig zijn met het oogsten en wegslepen van hout. 

Schaaks Heide is terug

Om het oorspronkelijke heidelandschap te herstellen is in 2006, in het hart van de Schadijkse Bossen, een grote open plek gemaakt: de Schaaks Heide. Hier lagen de heidevelden die zo’n halve eeuw geleden als laatste zijn aangeplant met dennen. De Schaaks Heide ontwikkelt zich nu langzaam maar zeker naar het heidelandschap van vroeger, waar heide, struiken, stuivende duintjes en hier en daar wat eiken en berken elkaar afwisselen. Kempische heideschapen zorgen dat de bomen niet weer de overhand krijgen.

De Schaaks Heide zorgt voor een enorme verrijking van de Schadijkse Bossen. Vogelsoorten als roodborsttapuit, boomleeuwerik en nachtzwaluw voelen zich hier na eeuwen afwezigheid weer thuis. In de bossen verschuilen zich diverse andere vogelsoorten zoals havik, sperwer, bosuil, houtsnip en zwarte specht. Soms laten zoogdieren als eekhoorn, haas, ree, vos en de das zich ook even zien. Daarnaast komt er een aantal soorten amfibieën voor. De meest bijzondere is wel Nederlands grootste salamander: de kamsalamander. 

Op Schaaks Heide ervaar je hoe de Schadijkse bossen er aan het einde van de 19e eeuw uitzagen.

Rouwkuilen

De Rouwkuilen is één van de 3 beschermde natuurmonumenten van Limburg. Het bestaat voornamelijk uit bos, waarin grove den en Corsicaanse den de dienst uitmaken. Midden in dit dennenbos ligt een ven ter grootte van zo’n 9 voetbalvelden. Juist dit ven maakt de Rouwkuilen zo bijzonder. Het is een de weinige heidevennen die niet voor de landbouw zijn drooggelegd en ontgonnen. Zo’n 150 jaar geleden lag dit ven nog midden in een uitgestrekt heideveld. Nu is de Rouwkuilen omgeven door landbouwgronden en veehouderijbedrijven.

Ondanks de hoge stikstofneerslag vanuit de omgeving hebben zich in Rouwkuilen een aantal typische planten van een voedselarm milieu weten te handhaven, zoals kleine en ronde zonnedauw, dopheide en veenpluis. Ook groeien er enkele soorten zoals wateraardbei, wolfspoot, waternavel zwarte zegge en snavelzegge.

Amfibieënparadijs

Voor amfibieën heeft dit natuurgebied enorm veel waarde. Er komt bijvoorbeeld een belangrijke populatie van de kamsalamander voor, naast de vinpootsalamander, de poelkikker en de heikikker.

Genneperhuis

Bij Gennep, aan de monding van de Niers in de Maas, ligt het Genneperhuis, een oud verdedigingswerk en een waardevol archeologisch monument. Het werd een aantal jaren geleden weer toegankelijk gemaakt voor publiek. Rondom het huis zijn onder meer de kroonwerken (buitenwerken van de burcht) en de slotgracht hersteld. De ruïne en het vestigingspatroon zijn nu zichtbaar in het landschap. En sta je op de uitkijktoren dan zie je pas hoe imposant dit complex is samen met de natuur eromheen.

Het Genneperhuis vertelt het verhaal van strijd en veroveringen tussen Europese mogendheden. De Middeleeuwse burcht, gebouwd op de resten van een oude Romeinse fortificatie, lag op een strategische plek en kon daardoor de scheepvaart over de Maas controleren. Het heeft een belangrijke rol gespeeld tijdens de Tachtigjarige Oorlog en is ruim 3 eeuwen geleden met de omliggende vestigingswerken ontmanteld.