Nat, nat, nat. Dat zijn de Beemden in het uiterst noordwestelijke puntje van West-Brabant altijd geweest. En dat zijn ze nog steeds, of eigenlijk: opnieuw. Ploeterend en zwoegend wisten onze voorouders het gebied bewoonbaar te maken. De oude dijkjes die het water van de rivier De Mark moesten tegenhouden, liggen er nog steeds. Ook zijn sporen van inpoldering en ruilverkaveling nog altijd zichtbaar. Door de landbouw en industrie werden de Beemden droger en droger.
Maar sinds de rivier De Mark weer meer ruimte heeft, zijn de graslanden opnieuw nat. Planten als waterranonkel en fonteinkruid groeien er weer volop. Ook zijn heikikkers, libellen en watervogels er niet meer weg te slaan. Trek je laarzen aan, pak je verrekijker in en ontdek dit natte watervogelparadijs.