Nieuws
“De wereld staat in brand en we blijven gewoon onze dagelijkse dingen doen. Maar het kan anders.” Een opmerking van Tim van Hattum op het vijfde herfstdebat van Staatsbosbeheer, die alle eerdere debatten mooi samenvat. Ja, er gaat een heleboel niet goed. Maar hoe kunnen we er met elkaar voor zorgen dat het wél de goede kant op gaat? Ter ere van het 125-jarig bestaan van Staatsbosbeheer is in vijf herfstdebatten niet teruggekeken op het verleden, maar vooruitgekeken en gezocht naar oplossingen voor grote maatschappelijke opgaven. Op 21 november was het slotdebat in Kasteel Groeneveld.
“We focussen teveel op een toekomst die we niet willen. We moeten de krachten bundelen om de wereld voor ons te zien die we wel willen. En dat verhaal moeten we vertellen.” Het woord is eerst aan de schrijver van Only Planet, klimaatgids voor de 21ste eeuw, en initiatiefnemer van de visie Nederland 2120, Tim van Hattum van de Wageningen University & research. “Ook als we naar ons land kijken, is een nieuw verhaal voor Nederland nodig. Door te werken met nature based solutions kunnen we ons land toekomstbestendig maken. Als we beseffen dat we onderdeel zijn van de natuur en de natuur onze bondgenoot maken, kunnen we voor een mooie toekomst zorgen. Ik zie een prachtig Nederland voor me. Een Nederland met twee keer zoveel bos, met een florerende duurzame landbouw, met prettig leefbare groene steden en landschappen die als een spons werken. Als iemand dit kan, dan zijn wij dat. Wij kunnen laten zien hoe je in een laag gelegen delta veilig en prettig kunt wonen. Wij hebben het geld, de middelen en de kennis.”
De vier eerdere herfstdebatten gingen over het gebruik van biogrondstoffen in de chemie, meer groen in steden, het versnellen van de aanleg van nieuw bos en bosbeheer in een veranderend klimaat. Op dit vijfde herfstdebat kregen Donné Slangen, directeur-generaal Natuur & Visserij bij het ministerie van LVVN, Harwil de Jonge, directeur vastgoed bouwbedrijf Heijmans, Tim van Hattum en Sylvo Thijsen de gelegenheid om te reageren.
Is het wel aan Staatsbosbeheer om zich te bezig te houden met duurzame bouw en chemie? Donné Slangen: Jazeker, vanzelfsprekend moet Staatsbosbeheer zich daar ook voor inzetten. Als maatschappelijke organisatie dient het zijn rol te pakken. En dat is niet alleen het beschermen van de natuur, maar ook het vastleggen van CO2 en het duurzaam verwerken daarvan. Datzelfde geldt als het gaat om het vergroenen van steden. Ook LVVN erkent dat groene verbindingen vanaf de voortuin tot in natuurgebieden enorm belangrijk zijn voor de leefbaarheid van steden. Wij werken daar aan in agenda Natuurinclusief, in de Omgevingswet en hoe we in Nederland omgaan met de Europese Natuurherstelverordening.”
Tussen de gesprekken door deelden vier bevlogen boswachters hun persoonlijke ervaringen. Zo drukte één van hen, Samuelle van Deutekom, de aanwezigen op het hart om vooral de kinderen niet te vergeten als we het over de toekomst hebben. “Wij moeten kinderen meer stimuleren de natuur te beleven. Niet per se het leren en onthouden van allerlei soorten planten en dieren. Maar het maken van herinneringen. Want de kinderen die nu goede ervaringen opdoen in de natuur, schatten de waarde ervan hun hele leven hoog in. Het zijn de natuurbeschermers van de toekomst.”